Werkstrafbegeleiding

Tijdens het uitvoeren van de werkstraf staan een prettig pedagogisch klimaat, veiligheid en Arbowetgeving hoog in het vaandel. Jongeren worden door de werkstraf geconfronteerd met de gevolgen van het plegen van strafbare feiten. Zij moeten zich houden aan gemaakte afspraken en leren samenwerken met andere deelnemers. Voor jongeren is dit vaak een andere werkervaring die ook blik verruimend kan werken. Het neveneffect van een groepswerkproject is dat jongeren kunnen leren van elkaar en van het proces en structuur waarin de werkstraf plaatsvindt.

Reguliere begeleiding

Deze jeugdigen hebben reguliere begeleiding nodig. Deze jongeren staan positief en meewerkend tegenover begeleiding (responsiviteit). Ook ouders zijn meewerkend en ondersteunend aan de jongeren. Van de jeugdigen kan verwacht worden dat zij de vaardigheden bezitten om mee te draaien in het project, wat betekent dat de jeugdigen gemotiveerd zijn en zelfstandig kunnen werken.

Extra pedagogische begeleiding

Deze jeugdigen hebben extra begeleiding nodig. Deze jeugdigen zijn enigszins gemotiveerd, laten problemen zien als het gaat om gezin, school en/of vrije tijd. Ze worden in staat geacht om met wat extra hulp de werkstraf tot een goed einde te brengen. Van de jeugdigen wordt verwacht dat deze aanwezig is en meedoet en dat deze laat zien in staat te zijn om te leren van “fouten”.

Specifieke begeleiding

Deze jeugdigen hebben specifieke begeleiding nodig. Het gaat hier om de echtkwetsbare jeugdigen. Er is sprake van specifieke problematiek, waarbij de specifieke kenmerken vragen om aangepaste begeleiding. Door de problematiek vragen ze om specifieke aandachtspunten in de begeleiding. Van de jeugdigen wordt verwacht dat ze op de gemaakte afspraken aanwezig zijn en de werkzaamheden zo goed mogelijk uitvoeren.

Begeleiding vanuit regels en controle

Deze jeugdigen hebben begeleiding nodig waarin wordt toegezien op regels en verwachtingen. Het is een diverse groep, waar al veel op ingezet is en waarbij veel van hetzelfde niet meer helpt. Bij jeugdigen die al veel begeleiding hebben of gehad hebben en wars zijn van leervragen en pedagogische doelen is het risico van mislukken groter wanneer de aandacht hier teveel naar uitgaat. Van de jeugdige wordt verwacht dat hij/zij aanwezig is en meedoet.